Rampenplannen
In december 1993 staat het water extreem hoog in het Land van Maas en Waal. Rampenplannen komen uit de kast. Dan zakt het water weer bijna even hard als het gekomen is. Polderdistricten en andere overheden gaan als een razende aan de slag met nieuwe rampen-en evacuatieplannen. Een jaar later zijn die klaar. Net op tijd om getest te worden. In januari 1995 is er opnieuw een record-hoogwater.Gelderland stelt op vrijdag 27 januari beperkte dijkbewaking in; de dijken worden afgesloten voor het verkeer. In Nijmegen komt er een crisisstaf.
Hoge waterstanden
De bewoners van het rivierengebied scholen samen op de dijken bij de peilschalen. De eerste inwoners van het Land tussen Maas en Waal vertrekken al. Ze stellen hun bezittingen veilig.. De Waal bij Dreumel bereikt op zondag een hoogte van 7,50 meter boven NAP. Dat is vijftien centimeter boven de hoogste stand van 1993. Dat weekend kunnen de telefoonlijnen van het crisiscentrum in Nijmegen de drukte niet aan. Ook de gemeentehuizen worden platgebeld. Honderden bewoners vertrekken. Veel boeren evacueren hun vee.
Vrijwillig of verplicht evacueren?
Commissaris van de Koningin Jan Terlouw geeft 30 januari het ‘dringend advies’ aan de inwoners van Druten en West Maas en Waal te vertrekken. Het is de dag van de grote exodus. Lange files van auto’s met aanhangers en boedelbakken of caravans en vrachtwagens gaan weg uit het bedreigde gebied. Aan het eind van die dag zijn circa 85.000 mensen gevlucht voor het water.Het merendeel van de evacués gaat naar familie en vrienden. Voor de overigen zijn er centrale opvanglocaties. Boeren proberen uit alle macht hun vee weg te krijgen, zelfs ’s nachts. Op dinsdagmorgen geldt er vanaf zeven uur een vervoersverbod voor hun dieren. Beuningen en Wijchen evacueren niet. Dat leidt aan de gemeentegrenzen tot vreemde taferelen. Soms vertrekken de mensen aan de ene kant van de straat, omdat ze toevallig in West Maas en Waal wonen, en blijven hun overburen op Wijchens grondgebied zitten. Vanaf dinsdag 31 januari is evacueren verplicht voor inwoners van Druten en West Maas en Waal en de Ooijpolder. Vanaf zeven uur ’s ochtends is het westelijk deel van Maas en Waal verboden gebied. Een klein aantal mensen weigert te vertrekken.
De terugkeer
Vanaf donderdag 2 februari zakt het water en wel zo snel dat voor de stabiliteit van de papperige dijken wordt gevreesd. Minister Dijkstal kondigt op zaterdagmorgen 4 februari op de televisie aan dat de bewoners van Maas en Waal en de Ooijpolder weer terug mogen keren naar hun huizen. Meteen stromen de mensen terug. Treinen en bussen rijden gratis om de evacués naar huis te brengen. Ook het vee wordt weer naar de eigen stal teruggebracht. De terugkeer verloopt zonder grote incidenten. Op maandag 6 februari kerende laatste mensen terug van hun logeeradressen.
Kritiek
Daarna komt de kritiek los. Vingers worden gewezen richting demonstranten tegen dijkverzwaring en richting de overheid die niet royaal genoeg zou zijn voor de gedupeerde bedrijven. Na de bijna-ramp volgt een versnelde dijkverzwaring. Het hoogwater van 1995 is anno 2020 nog steeds een onderwerp dat veel emoties oproept bij degenen die geëvacueerd zijn.
Dit verhaal is onderdeel van het Verhaal tussen Maas en Waal. Het volgende venster is hier te vinden.
Bronnen en verder lezen:
- NOS Journaal 1995, Watersnood
- De Gelderlander, dossier Hoogwater 1995.
- P. Deurloo, Grote Werken. Hoe Maas en Waal welvarend werd (Nijmegen/Beuningen 2017).